skipToContentskipToFooter

Focus op patiënt én familie

publishDate

Bron: HIK-12 Anouk Corstjens intensivist Anouk Corstjens studeerde geneeskunde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. In 1996 studeerde zij af. In Groningen specialiseerde Corstjens zich tot anesthesioloog en intensivist aan het Universitair Medisch Centrum aldaar. In 2006 voltooide zij deze specialisatie, waarna zij in 2007 voor het Spaarne Gasthuis koos. Inmiddels focust zij zich volledig op haar werk op de Intensive Care (IC).

“Op de IC wordt zorg gegeven aan de meest zieke mensen van het ziekenhuis die ondersteuning nodig hebben van hun vitale functies, zoals bloeddruk, ademhaling en nierfunctie. In mijn werk als intensivist neemt, naast de medische zorg, het begeleiden van patiënten en hun familieleden een zeer belangrijke plaats in.”

Patiënt- en familiegerichte zorg

“Omdat de patiënten op de IC vaak zó ziek zijn, zijn zij vaak niet of nauwelijks aanspreekbaar en hebben we veel contact met de familie. Dat is het mooie van dit vak; zowel de zorg als het contact is heel intensief. De familie doorgaat een heel ander traject dan de patiënt. Als patiënten wakker worden, zijn zij vaak een aantal dagen kwijt en hebben geen idee wat hun familie heeft doorstaan. Daarom is de begeleiding van zowel patiënt als familie heel belangrijk. Aan het begin van de opname geven wij bijvoorbeeld een dagboek aan de familieleden, waarin zij hun ervaringen kunnen bijhouden. Dit is een voorbeeld van patiënt- en familiegerichte zorg in het Spaarne Gasthuis.”

“Een verblijf op de IC heeft vaak grote gevolgen. Sommige patiënten willen dat dagboek lezen en anderen vinden het een jaar later nog steeds te confronterend. De laatste jaren is er veel meer aandacht voor het Post-IC syndroom. Dit syndroom uit zich bijvoorbeeld in nachtmerries, concentratie- en slaapproblemen. Daarom geven wij aan ex-patiënten de mogelijkheid om op een later moment terug te komen voor een gesprek met de intensivist. Bovendien organiseren we jaarlijks een terugkomdag voor patiënten en hun familie, zowel in Hoofddorp als in Haarlem. Dit wordt als zeer waardevol ervaren. Om de zorg op de IC verder te kunnen verbeteren, vragen wij door middel van een enquête hoe zowel de patiënt als de familie de opname ervaren hebben.”

Angst en onrust verminderen zonder medicatie

“Als een patiënt bewust slapend wordt gehouden, weten wij niet precies wat iemand wel of niet meekrijgt van wat er om hem heen gebeurt. Als het alarm van de monitor afgaat, kan dat beangstigend werken. Daarom werken wij steeds meer met stille alarmen en gaan de piepjes af op de centrale post. Daarnaast zetten we ‘s nachts de monitor op donker, zodat er geen blauwe gloed in de kamer is, want ook dat kan beangstigend zijn voor de patiënt. Patiënten hebben vaak geen idee waar zij zijn. Muziek helpt bij het verminderen van angst en onrust. We vragen de familie om favoriete muziek en bekende foto’s mee te nemen. De patiënt voelt zich daardoor vertrouwder, waardoor ze minder snel verward zijn. We hebben geen vaste bezoektijden meer, dus patiënten kunnen in principe 24 uur per dag bezoek krijgen. Het geeft een positief effect op de patiënt als er een dierbare naast het bed zit.”

Persoonlijke aanpak

De persoonlijke aanpak op de IC past bij Anouk. “De artsen die tijdens mijn opleiding een voorbeeld zijn geweest, zijn de artsen die het persoonlijke contact hoog in het vaandel hadden staan en alles wisten van hun patiënten. Een patiënt was dus niet ‘die man met die blinde darm’, maar ‘meneer Jansen met een eigen schoenenzaak’. Zo’n arts ben ik ook, ik wil meer weten van de patiënt dan alleen wat er mis is.”

Second victim

Naast haar werk op de IC, is Anouk voorzitter van de calamiteitencommissie van het Spaarne Gasthuis. “Na een calamiteit onderzoekt een onafhankelijke commissie wat er exact is gebeurd en hoe dit in de toekomst voorkomen kan worden. De commissie schrijft een rapport volgens de richtlijnen van de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Hierin staat chronologisch beschreven wie wat wanneer deed, gevolgd door een analyse met conclusies en aanbevelingen. De Inspectie beoordeelt dit rapport en controleert of de door ons geformuleerde verbeterpunten daadwerkelijk worden uitgevoerd.” “De laatste tijd is er veel meer aandacht voor de zogenaamde second victim. Op de eerste plaats is de patiënt het slachtoffer, maar op de tweede plaats zijn dat ook de betrokken zorgverleners. De impact die een calamiteit op hen heeft, is groot. Sommige second victims hebben hulp nodig. Ze moeten hun werk met vertrouwenkunnen blijven doen. Wij hebben hier een speciaal programma voor, Peer Support, dat hulp biedt aan deze second victims.”

Van jongs af aan

“Vanaf mijn 10e wist ik al dat ik dokter wilde worden. Ik ben geïnteresseerd in mensen en gefascineerd door de werking van het menselijk lichaam, maar ik verwachtte ook dat dit een vak zou zijn wat lang leuk en afwisselend zou blijven. Dat is het gelukkig nog steeds!”